ChristenUnie scoort in provincie Utrecht beste op plannen voor groene energie in handen van inwoners
De ChristenUnie krijgt een 10 voor haar plannen rondom groene energie en energiecoöperaties. GroenLinks (9,3) en D66 (8,7) volgen kort daarna. Dit blijkt uit een analyse van de provinciale verkiezingsprogramma’s door energiecoöperatie Rijne Energie, met 750 leden de grootste energiecoöperatie van de provincie Utrecht, ondersteund door de Energie van Utrecht en de Kracht van Utrecht. Partijen konden in de categorieën ‘Klimaat- en hernieuwbare energiedoelen’, ‘Lokaal groene energie opwekken’ en ‘Duurzame energie in handen van inwoners’ tussen de nul en vijf punten scoren. Alleen de ChristenUnie wist het maximum van vijftien punten te behalen. BvNL, FvD, JA21 en PVV scoorden juist nul punten omdat zij geen (positieve) punten in hun programma benoemen in deze categorieën.
De top-3: ChristenUnie, GroenLinks en D66
Henriëtte Rikkoert, lijsttrekker van de ChristenUnie in provincie Utrecht: “Ik ben super blij dat we maximale punten halen in deze beoordeling. Vooral ook omdat het gaat over lokaal en coöperatief. Ik ben ervan overtuigd dat juist hier de sleutel naar een geslaagde energietransitie ligt. De afgelopen jaren hebben we hier voor gepleit en dat ook vastgelegd in beleid. Bijvoorbeeld met een amendement waarin we het lokaal eigendom scherper hebben vastgelegd. Doordat inwoners eigenaar zijn van de windmolens of zonnepanelen hebben ze zeggenschap en profiteren zij van de opbrengsten. De komende jaren wordt het echt tijd voor daden. Daar hebben we de kracht van de energiecoöperaties heel hard voor nodig!”
GroenLinks heeft een wat ambitieuzer klimaatdoel (60% minder CO2 in 2030) maar is wat minder concreet hoe ze dat wil bereiken dan de ChristenUnie. Opvallend punt bij GroenLinks is dat de partij energiecoöperaties wil helpen een breder publiek aan te spreken. D66, tot slot, is de enige partij die eist dat nieuwe woonwijken meer energie moeten opwekken dan ze gebruiken. Bij de categorie ‘coöperatieve energie’ scoort de partij echter slechts gemiddeld door alleen het Klimaatakkoord te herhalen (‘streven naar 50% lokaal eigendom bij nieuwe energieprojecten’).
Opvallende punten bij andere partijen
Enkele opvallende punten over groene energie in handen van inwoners:
- Het CDA wil dat bij zonne- en windparken driekwart in handen komt van lokale inwoners. Dat is fors meer dan het streven uit het Klimaatakkoord dat de helft ‘lokaal eigendom’ is, waarbij lokale bedrijven óók meetellen.
- De VVD noemt als enige partij een concreet bedrag dat zij wil vrijmaken voor de energietransitie: 100 miljoen euro. (Het is overigens niet duidelijk waar zij dit bedrag aan wil uitgeven: een beter stroomnet, kerncentrales of wind- en zonne-energie.)
- De SGP heeft bijna net zoveel aandacht voor energiecoöperaties als de ChristenUnie maar scoort nul punten op klimaatdoelen; zij ziet namelijk meer in klimaatadaptatie (het voorbereiden op de gevolgen van klimaatverandering).
- De Partij voor de Dieren wil dat de provincie in 2030 klimaatneutraal is, vooral te bereiken door energiebesparing. Ondanks deze doelstelling legt de partij in zijn programma veel beperkingen op bij opwekking van zonne- en windstroom.
- Volt heeft een heel leesbaar programma maar helaas weinig concrete standpunten.
- De SP wil alle groene energiebronnen in handen van de overheid brengen en energiebeleid voortaan alleen op Rijksniveau maken.
“Baas over eigen groene energie”
Joost Brinkman, actief lid van Rijne Energie en bedenker van de stemhulp: “Met deze ‘Coöperatieve Groene Energiewijzer’ willen we kiezers helpen een keuze te maken bij de provinciale verkiezingen van woensdag 15 maart. De provincie heeft namelijk veel te zeggen over wind- en zonneparken. Ook kan de provincie veel zaken gemakkelijker maken voor energiecoöperaties, die vooral draaien op vrijwilligers. Eigenlijk kan je deze stemhulp zien als een antwoord op ‘Wie kan mij het meeste baas laten zijn over mijn eigen groene energie?’”